1. Zet de datum van je boekbespreking in je agenda en thuis op de kalender.
2. Ga ongeveer 4 weken voor je boekbespreking naar de bibliotheek. Kies een boek dat je niet te moeilijk maar ook niet te makkelijk vind.
3. Lees het hele boek, dus niet alleen de korte inhoud, maar echt alles. Je moet de verloop van het verhaal goed begrijpen, anders kun je er niet over vertellen.
4. Wat vertel je aan de klas:
- De titel van het boek.
- De auteur van het boek.
- De illustrator van het boek.
- Vertel iets over wat je opgevallen is aan het boek, de auteur of de illustrator.
- Vertel waarom je juist dit boek gekozen hebt.
- Vertel het verhaal in je eigen woorden. Op een leuk/spannend/grappig
moment lees je een stukje van het boek voor, daarna vertel je het verhaal weer zelf af.
- Bedenk 3 ‘weet’ vragen over het boek. Je moet het natuurlijk wel verteld hebben.
5. Nog even dit.
Het is handig om je vragen (met antwoorden) op een blaadje te schrijven, dan kun je daar even spieken. Stop ook een papiertje tussen de pagina die jij wil voorlezen.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten